Drie citroengele kruiwagens hebben we. De stickers zitten er nog op. We hebben ook twee Staphorst-groene ramenwagens. Een ramenwagen is een kruiwagen met een plat laadvlak waarmee je boomstammetjes kunt vervoeren. Er is een grondboor met diameter groot, er is een grondboor met diameter klein. We kochten blauwe hakken en roestvrijstalen schoppen (er zijn mensen die een schop schep noemen).
Voor het fijne werk hebben we korte snoeischaren, twee grote exemplaren lenen zich goed voor het grovere werk. De splinternieuwe ingenieuze stokzaag laat zich in de praktijk maar lastig hanteren. We kunnen putten uit doosjes met schroeven, bouten, moeren en spijkers. Op handgereedschap zoals sleutels, tangen en schroevendraaiers is niet bespaard. We hebben een geweldige accuboor, beresterk! De accu-kettingzaag daarentegen is een waardeloos ding. Zelf heb ik een sterkere en betere motor-kettingzaag, maar ja: fossiele brandstof én motorlawaai staan in het voedselbos gelijk aan vloeken in de kerk. Er is zelfs een oliekannetje om na afloop het gebruikte materiaal te voorzien van een blinkend laagje bio-olie. De bezem! Eindelijk hebben we een nieuwe bezem die vanzelfsprekend schoon veegt.
En dan is er de handhei, ook wel heiblok genaamd. U mag ook palenrammer zeggen. Een handhei is een zware stalen buis met een aan de dichte bovenzijde in de buis gelast heiblok van 30 mm dik massief staal en aan weerszijden twee handvatten. Met een palenrammer sla je met twee man eenvoudig palen in de grond. Dat is deze ochtend nou precies het klusje voor J en H. Na een tijdje zie ik J met een sleg lopen. Had ik u al verteld dat we een sleg hebben, een grote houten paalhamer? J haalt halsbrekende toeren uit om met die hamer een veel te lange paal in de grond te slaan. Op mijn vraag waarom ze de palenrammer niet gebruiken, krijg ik als antwoord dat het een onhandig ding is. Dat is het ook, wanneer je ‘m verkeerd om houdt...