Het beheer van het grasland is gericht op het belang van de insecten, de vogels, de zoogdieren en de amfibieën. Het maaien gebeurt met de zeis en het maaisel wordt afgevoerd om zodoende de onderliggende rijke kleigrond te verarmen. Dit verarmen is noodzakelijk om een wilde en kruidenrijke vegetatie te verkrijgen.
Een speciale manier van het toepassen van gefaseerd maaibeheer is sinusbeheer. Een kronkelend rondlopend pad dat het grasland in drieën verdeeld zodat in drie fasen gemaaid kan worden: het pad zelf, alles buiten het pad en alles binnen het pad.
Door het grasland op zo'n manier te beheren, creëer je enorm veel variatie op een klein stukje grasland. Op elk moment van het jaar is hier voor al het leven gelegenheid om te foerageren, te overwinteren en om zich voort te planten.
Omdat het waterpeil in dit gebied vrij hoog is groeit hier veel riet. Het riet veroorzaakt problemen bij het oogsten van het fruit. Het maaien van riet is een dure en ingewikkelde bezigheid. Daarom is ervoor gekozen om hier twee keer per jaar schapen laten grazen als natuurlijk beheer middel. Omdat schapen nog wel eens de neiging hebben om aan de schors van bomen te knagen is hier gaas om de bomen heen geplaatst. Hierdoor zullen de bomen niet worden aangetast door de schapen.
De “Vlinderstichting” heeft op haar site deze wijze van beheer op duidelijke manier uitgelegd op https://www.vlinderstichting.nl/sinusbeheer/